Het St. Antoniusgilde in ’s-Heerenberg stamt uit 1574 maar is een voortzetting van het St. Sebastiaansgilde dat al sinds 1379 bestond. Het gilde deed dienst in de tijd dat de stad omgeven was door vestingwerken ter bescherming. Het bestond uit burgers van de stad die in het begin bewapend waren met pijl en boog en later met de haakbus en buskruit, de voorloper van het geweer. Een voorbeeld van een schutterij uit de 17e eeuw is te zien op het beroemdste Nederlandse schilderij, de Nachtwacht van Rembrandt van Rijn. Er vonden regelmatig schietoefeningen plaats. Er werd geschoten op een houten papegaai, die tegenwoordig ‘de vogel’ wordt genoemd. Tijdens de kermis (afgeleid van kerk-mis) vindt het koningschieten plaats. De winnaar die het laatste stukje van de vogel van de paal schiet is koning voor een jaar. Er zaten in de late middeleeuwen ook privileges aan vast. De schutterskoning hoefde bijvoorbeeld een jaar lang geen wastijns (belasting) te betalen en hij was vrijgesteld om de grachten ijsvrij te houden waartoe iedereen destijds verplicht was. Natuurlijk vloeide het bier tijdens feestelijkheden rijkelijk. Hun leus was en is nog steeds niet voor niets ’teren en eren’. Het vendelen is daarbij bedoeld als huldeblijken aan hoogwaardigheidsbekleders door middel van vendelslag onder begeleiding van de harmonie of de eigen gildetrom. MEER INFORMATIE:
Foto van Hans Hegman

Hans Hegman

Conservator en initiatiefnemer Stadsmuseum Bergh